Voor elkaar opkomen

Voor elkaar opkomen

Enkele vertegenwoordigers van lidorganisaties die deelnemen aan de Algemene Raad van het VKMO-Katholiek Netwerk hebben een gezamenlijke oproep opgesteld. Op hun verzoek delen wij deze hier integraal, zodat hun boodschap ook anderen kan bereiken. De tekst van de open brief is opgenomen onder het filmpje waarin de opstellers de brief toelichten.

Filmpje van de initiatiefnemers van ‘Voor elkaar opkomen’

Wij hebben hoopgevend nieuws: dagelijks zorgen 1,4 miljoen mensen in Nederland voor andere mensen! Als mantelzorger, als vrijwilliger bij de voedselbank, de vierdaagse, de sportclub of de groentetuin. Volgens het CBS is vrijwel de helft van Nederland actief als vrijwilliger. Bovendien dragen heel veel mensen bij aan crowdfunding acties voor mensen die zij niet kennen. Prachtige initiatieven die laten zien dat veel mensen om elkaar geven, iets voor elkaar over hebben en beseffen dat we met ons allen hier op aarde veel goeds voor elkaar kunnen betekenen. Het leven wordt voor niemand beter als we elkaar verketteren, als we mensen uitsluiten omdat ze nog niet over de juiste papieren beschikken, er anders uitzien of anders denken dan wijzelf. 

In onze activiteiten binnen katholieke maatschappelijke organisaties zien wij allerlei hoopgevende initiatieven, binnen en buiten ons land. Maar terwijl er nog steeds heel veel zorg en aandacht van mensen voor elkaar is, voelen ook velen zich in de steek gelaten waar het om publieke taken gaat. Al te gemakkelijk worden dan bijvoorbeeld migranten aangewezen als de oorzaak van alle problemen. Nederland kan beter, juist als het weet voort te bouwen op de spankracht van de samenleving en daar met goed overheidsbeleid steun en bescherming aan verbindt. Wij hopen dat dit ook de inzet zal zijn van degenen die op 29 oktober worden gekozen.

In de overtuiging dat echt élke mens telt, hebben we hebben elkaar nodig, in onze omgeving, ons land en de wereld. We leven niet op een afgelegen eiland. De ellende in andere delen van de wereld vertaalt zich in de toename van het aantal mensen dat in ons land onderdak zoekt. Een bestaansminimum, huisvesting, ruimte om te leven, en zinvol en veilig werk zijn fundamenteel in een mensenleven. Fatsoenlijk overheidsbeleid, regulering en toezicht kunnen voorkomen dat erbarmelijke arbeidstoestanden en huisvesting van arbeidsmigranten tot dakloosheid leiden en soms ook tot overlast op straat. De medemenselijkheid die op talloze fronten in onze samenleving aanwezig is, moet én kan worden versterkt door publieke taken.

Voortbouwend op het katholieke sociale denken en de rijkdom van ervaringen in onze maatschappelijke organisaties willen we een boodschap van hoop uitsturen, een uiting van het engagement van velen met hun naasten. Degenen die zoveel goede dingen doen in buurten en verenigingen, geleid door naastenliefde, barmhartigheid, rechtvaardigheid, door zorg voor de schepping en solidariteit, verdienen ons aller steun.

Dat willen wij hier bevestigen. Wij putten inspiratie en vertrouwen uit de bronnen van onze traditie, die onverminderd werkzaam zijn in deze tijd. De menselijke waardigheid die betekent dat elk mens respect en liefde verdient. De waardigheid van de arbeid geeft mede richting aan een humaan migratiebeleid. De waarde van initiatieven aan de basis (subsidiariteit) moet worden geruggesteund door solidariteit. En wij dragen verantwoordelijkheid voor de aarde die we aan volgende generaties nalaten. 

Een rechtvaardige samenleving vereist dan ook dat maatschappelijke verantwoordelijkheid en publieke voorzieningen elkaar aanvullen. Daarop is in het katholieke sociale denken steeds gewezen, al sinds Paus Leo XIII de sociale kwestie van zijn tijd centraal stelde. Paus Leo XIV doet dat voor onze tijd, wijzend op het verlangen naar vrede en de behoefte aan bescherming van kwetsbare mensen. Daarin onderscheidt het principe van subsidiariteit zich van het verharde neoliberale beleid. 

Onze veiligheid krijgt terecht veel aandacht in het publieke debat. Maar daarbij hoeven we niet alleen te denken aan de NAVO. De verdediging van ons land moet samengaan met een besef wat het is dat wij willen verdedigen. We hebben aandacht nodig voor maatschappelijke en geestelijke weerbaarheid. We hebben misschien al een noodpakket in huis, maar wat zit er in ons geestelijke noodpakket? Wij kunnen bijdragen aan de internationale vrede door een effectief en barmhartig buitenlands beleid te voeren van diplomatie, door eerlijke handel te drijven, door ontwikkelingssamenwerking en door humanitaire hulp te bieden. 

Daarom laten wij ons niet ontmoedigen door de vele zorgwekkende politieke en ecologische ontwikkelingen. Wij zien ook veel positieve acties, mensen en organisaties die opkomen voor anderen, voor het algemeen belang en het welzijn ook van komende generaties. Dat wat overheden doen en wat mensen dicht bij huis doen moet op elkaar inhaken. Als we dat spoor van de hoop volgen en vanuit deze waarden in actie komen, is er perspectief op een beter bestaan voor iedereen. 

Daar geloven wij hartstochtelijk in, daarvoor zetten wij ons in. Wij hopen dan ook dat de zorg voor de ander maatgevend zal zijn en blijven voor ons, voor u en voor degenen die wij op 29 oktober gaan kiezen.

Heleen van den Berg, directeur Cordaid 
Walther Burgering, voorzitter Mariënburgvereniging)
Ad van der Helm, pastoor te Zoetermeer, hoofddocent KU Leuven
Ernst Hirsch Ballin, voorzitter Octavia van Breemen Stichting 
Dick Koerselman, interim-voorzitter FNV
Maria van den Muijsenbergh, presidente Katholiek Vrouwen Dispuut
Eunice van Zomeren, directeur Reliëf,

allen leden van de Algemene Raad van het Verbond van Katholieke Maatschappelijke Organisaties